Betekenis verachten

ach·ten Vervoegingen: verachtte ( enkelv.) Vervoegingen: heeft veracht () sterk minachten Voorbeeld: 'Ik veracht die ellendelingen met heel mijn hart.'. VERACHTEN translations: to despise, despise, disdain. Learn more in the Cambridge German-English Dictionary. Betekenis verachten verachten (weak, third-person singular present verachtet, past tense verachtete, past participle verachtet, auxiliary haben) to despise, to scorn.

Minachting synoniem

als synoniem van een ander trefwoord: dedain (zn): minachting ≠ eerbied, hoogachting, respect. woorden met een verwante vorm: werkwoord. minachten. bij andere. ach·ting wat je voelt voor mensen die je helemaal niet respecteert Voorbeeld: 'diepe minachting voelen voor pacifisten en vegetariërs' Antoniem: respect Synoniemen: depreciatie geringschatting verachting eerbied (antoniem) hoogachting (antoniem) 3 definitie.

Minachting synoniem Synoniemen en analogieën voor "minachting" in het Nederlands, gegroepeerd op betekenis. Vertaling Context Proeflezer Synoniemen Vervoegen.

Verachtelijk definitie

ach·te·lijk die of dat je sterk minacht Voorbeelden: 'een verachtelijk volk', 'een verachtelijk persoon' Synoniemen: abject laag laatdunkend 2 definities. verachtelijk - English translation of verachtelijk from Dutch from the Dutch-English Dictionary - Cambridge Dictionary.

Verachtelijk definitie verachtelijk (comparative verachtelijker, superlative verachtelijkst) scornful, disdainful; despicable.

Verachtelijk gedrag

Verachtelijk 1) Abject 2) Dedaigneus 3) Detestabel 4) Ellendig 5) Erbarmelijk 6) Inferieur 7) Jammerlijk 8) Laag 9) Laaghartig 10) Laatdunkend 11) Min 12) Minderwaardig 13) Minnetje 14) Minnetjes 15) Miserabel 16) Onwaardig 17) Schandelijk 18) Slecht 19) Verfoeilijk 20) Verwerpelijk 21) Verworpen 22) Zeer lelijk. bn. bw. (-er, -st), 1. laag, waard veracht te worden: zich door een slecht gedrag verachtelijk maken ; opdat niet uw broeder voor uwe ogen verachtelijk gehouden.

Verachtelijk gedrag Wat een schril contrast met de Raad van Ministers die deze week opnieuw een verachtelijk falen toonde en niet in staat bleek voort te borduren op de in Lissabon vastgelegde doelstellingen. But how dreadful the contrast with the Council of Ministers who yet again this week demonstrated their abject failure to follow through on the goals they set.

Iemand verachten

ach·ten Vervoegingen: verachtte ( enkelv.) Vervoegingen: heeft veracht () sterk minachten Voorbeeld: 'Ik veracht die ellendelingen met heel mijn hart.'. Woorden die (ongeveer) hetzelfde betekenen als ‘verachten’, met toelichting en mogelijkheden om verder te zoeken. Iemand verachten (verachtte, heeft veracht), 1. niet achten, met minachting aanzien, bejegenen: de lasteraar wordt veracht; die zijn naaste veracht, zondigt (Spr. 21): 2. niet tellen, trotseren: de dood. verachten; 3. verlagen, vernederen, verkleinen: gij moet uw broeder niet zo verachten; 4. versmaden: iets verachten.